vrijdag 6 mei 2011

Wandelen 2


Mijn belevenissen buiten de deur beperken zich grotendeels tot wat ik op de dagelijkse wandeling meemaak. Dat lijkt saai, en is het soms ook, maar er zijn wandelingen bij…
Gisteren banjerden we over ons kleine paadje naar het voetpad, een tocht die in deze tijd van het jaar vaak afgelegd moet worden met een vuilniszak voor de benen als het fluitenkruid nat is. Met de huidige extreme droogte is dat niet nodig. Wel dekt J. de lenzen van zijn verrekijker af tegen de druppeltjes plakkerige honing.

Op het voetpad ontmoeten we al meteen een van onze “wandelkennissen”, alles bij elkaar een groep van zo’n dertig mensen al dan niet met honden, waar we regelmatig een praatje mee maken. Hij vertelt ons vrij abrupt dat hij een ernstige ziekte heeft, maar dat de chemobehandelingen bijna afgerond zijn. We schrikken ervan, horen hem aan en wensen hem veel sterkte. Meer kan je op zo’n moment niet doen.
Verder wandelen we, genietend van het lage morgenlicht tussen de bomen op het meer dan manshoge fluitenkruid.

Opeens, als ook bij mij doordringt dat ik een bijzonder vogelgeluid hoor, een geluid dat me bekend voorkomt maar dan in Zuid-Frankrijk, schreeuwt J. “Een wielewaal!” om vervolgens volkomen overbodig te mimen en gebaren “Het zijn er twee”. De welluidende beetje droevige klanken galmen door het bos, we krijgen de bijna tropisch ogende geelgroene vogels jammer genoeg niet te zien.

We vangen een verloren gelopen Bernersennenhond op en wijzen hem welk pad zijn bazin genomen heeft.

Op het nu stoffige zandpad is het moeilijker de reeënsporen te zien dan in de modder (foto), maar meestal lukt dat wel, en met veel geluk zelfs een of twee reeën in levende lijve, altijd een magisch moment.
Voor ons uit een konijn, hij ziet ons en gaat redelijk op zijn gemak de duinen in. Roef trekt aan de riem en keft zijn speciale jachtblafje.
Hoog boven onze hoofden escorteert een groep kraaien een havik hun territorium uit. De zwartkop tettert onze oren doof met zijn welluidende, maar erg harde liedje om vervolgens in een struik vlakbij zijn alarmroep te laten horen: een geluid alsof iemand twee steentjes hard tegen elkaar ketst.
Ja, ja, we gaan al.
Hoezo saai?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten